Mrs. H.Y. Pocriet I presume?

Wordt wegkijken mijn tweede natuur?
Om me niet het tragische lot van vele dieren over de hele wereld aan te hoeven trekken?
Bescherm ik zo mijn tere ziel tegen feiten en fabels over dierenleed?

We staan te wachten op de veerboot van Texel naar Den Helder. In de rij naast mij staat een personenauto met een vee-aanhanger. Door de spleet in de aanhanger zie ik beurtelings een paar blazende neuzen of wit omrande ogen van flinke kalveren. Schat dat er vier in de kar staan. Los.
Aangezien wij de caravan slepen, verwacht ik dat we op hetzelfde dek komen te staan. In stilte hoop ik dat ding niet weer te zien op onze reis.
Mijn wens wordt verhoord; in Den Helder tuffen we de boot af en de kalverkar is nergens te bekennen.

Bij Den Oever is de brug bij de Stevin Sluizen open. Het duurt even voordat we de A7 op kunnen rijden. We worden ingehaald door een grote tankwagen én… het kalvertransport van Texel!!! Beide voegen voor ons in; we kijken de kalfjes ‘in de kont’ bij wijze van spreken.
Shit!
— ooit gezien dat de bodem van zo’n veekar kapot ging; de beelden in mijn hoofd toen waren vele malen erger dan de werkelijkheid.
Zag de kalveren al met tot op het bot afgeschaafde pootjes over de weg gesleurd worden…

Feitelijk stond het transport vrijwel onmiddellijk stil en kwam een andere kar de beestjes ophalen. Maar de toon was gezet: ik heb het niet op veetransporten. Als ik ze passeer zie ik altijd wel íets wat niet klopt en als ik niks zie, spreken mijn fantasieën voor zich —

Het tafereel ín de kar speelt zich dan ook in mijn hoofd af.
Je gaat als kalf, al dan niet met ‘bekenden’, op transport. Ff douwen, dan sta je klem en blijf je overeind in de bochten. Door een spleet, aan beide kanten in de karwand, krijg je lucht en kun je af en toe naar buiten kijken.
Voor wat dat waard is; kalfjes leven in het nu en hun referentiekader van Afsluitdijk en IJsselmeer zal nihil zijn. Ook het feit dat ze met een gangetje van zo’n 80  kilometer worden vervoerd en het landschap héél snel aan het oog voorbij trekt, zal weinig effect hebben op hun verdere bestaan
— mocht dat nog lange tijd duren… —

Kort voor Kornwerderzand: file. We staan stil achter de kalverkar.
Even later begint die te schudden; steeds erger en erger!!! Ik weet het zéker: één van die stakkers is gevallen en moet in die krappe ruimte overeind zien te komen. De rest trappelt paniekerig rond en ontziet daarbij niet de uitgestoken kalverstaken van het slachtoffer. De wilde paniek is bijna voelbaar.
“Waarom doet die lul niks???”, tier ik. “Hij voelt toch ook hoe die kar tekeer gaat?” “Wat moet ie doen?” vraagt Y nuchter. Hij heeft gelijk.

Mijn plan om medeweggebruikers als levende afrastering te gebruiken, de kalfjes uit te laden en weer netjes terug te zetten, grenst aan een redelijke mate van verstandsverbijstering.

Even later rijden we weer langzaam en wordt het rustiger in de kar. Dan, in een korte bocht naar links zegt Y: “Ik zie een poot uit die kar steken!!” In zijn stem hoor ik de walging die ik voel. Wat een drama! Even later is de poot weer binnenboord gelukkig! “Kunnen we er niet omheen?” smeek ik. En daar steekt mijn hypocriete zelf de kop op!!! (… wat niet weet, wat niet deert???…)
Y gooit nog een beetje olie op het vuur: “Als jij het niet ziet is het er niet?” “Neehee, maar het zien en niks kunnen doen is ook zo vreselijk!!”
Plots is er van alles mis met de veters van mijn schoenen, ligt er allerlei rotzooi op de vloermat en verzamel ik lege koffiebekers uit de vakken van de deur.
Bij elke afslag bid ik dat de kalverboer afslaat en uit mijn zicht verdwijnt. Tegen beter weten in fantaseer ik zijn bestemming: een kinderboerderij, waar de kalfjes als knuffelkoeien oud mogen worden!

Kalfsvlees schrap ik dus ook helemaal. Het kalfje wat ik op mijn bord krijg heeft op een dag ook zo’n traumatische rit moeten maken, naar een traumatisch einde.
De tip van Klaas Kasma (kok en blogger), om je eigen consumptiedier groot te brengen en, bij vleesbehoefte, ook zelf te slachten, zou een grote sprong voorwaarts zijn in het terugdringen van de vleesconsumptie!!
Zou absoluut een vleesloos bestaan leiden (qua eten dan…)
Ik hang al in een halfvegetarische staat, maar weet ook slinks mijn ogen te sluiten voor misstanden, teneinde mijn stamppotje met draadjesvlees te completeren.

Vandaag zou ik mijn hypocrisie ten aanzien van ‘consumptiedieren-leed’ (ja, de term bestaat!) tegen het licht houden, maar de ruimte is te klein, het verhaal nu al te lang.

Het is zo groot, wat we met z’n allen doen en wat dat kost…


Bewust-zijn (zonder vals sentiment) van wat ik op mijn bord heb, waar dat vandaan komt en hoe, is de eerste stap…

Jeanette

Delen is lief! Makkelijk via onderstaande links of faceboook

Geef een reactie

Your email address will not be published.