Een flexilijn voor je hond is makkelijk en je ziet ze heel erg veel.
Voor de hondennono’s: een flexilijn is een apparaatje met een opgerolde hondenriem erin.
Er zit een schuifje op met 3 standen: 1 is ‘vrij’ stand, je hond ‘trekt’ dan de lijn uit het apparaat tot jij het schuifje op 2, de ‘rem’ zet en 3 is ‘inhaleuh’!
Zo’n flexilijn kan ideaal zijn, zeker wanneer je om wat voor reden je hond niet los kunt laten lopen.
Kun je hem in alle ‘vrijheid’ lekker laten snuffelen en rondstruinen.
Een flexilijn kun je in verschillende lengtes kopen, tot wel 15 meter lang! Als je je hond roept en hij komt onmiddellijk naar je toe gerend, zet je standje 3 in en de lijn rolt keurig in het apparaat.
Geen wonder dat de flexilijn aan populariteit wint.
Vraag me af hoe het gaat met een Chihuahua aan een flexilijn. Ten eerste moet het hondje enig gewicht in de strijd gooien om de lijn uit te trekken. Met een stevige bries op de kont zal dit wellicht zonder hulp lukken, maar in de praktijk zul je zelf eerst de hele lijn moeten uitrollen, voor je Chihuahua het commando “Vrij!” geeft, waarna hij naar hartenlust rond mag rennen binnen de lengte van de lijn. Groot voordeel van zo’n ieniemienie aan een flexilijn is, dat je hem bij dreigend gevaar (zoals monsters van rottweilers, herders of erger, ‘vechthonden’), met één druk op knop 3 tot binnen handbereik kunt laten vliegen!
En daarmee buiten bereik van op Chihuahua’s beluste honden!!
Nadeel is, dat een wapperende Chihuahua een te leuke prooi wordt om achteraan te jagen!
Praktijk is, dat er veel honden aan een flexilijn lopen omdat het een perfect excuus zou zijn om niet naar de hondenschool te hoeven. Het gevoel van ‘volledige controle’ is sterk.
Bovendien kun je met één hand het schuifje regelen, zodat je de andere vrij hebt om je mobiel te bedienen.
Het is zo vermakelijk te zien hoe het commando “Hier!” wordt vertaald naar het binnenhengelen van de hond, als hij op 15 meter afstand de boel op stelten zet:
Stand 2 is stap 1 om te voorkomen dat hij nog verder afdwaalt naar waar je hem niet wilt hebben. Vervolgens sleur je je hond een eindje terug waarbij je tegelijkertijd stand 3 gebruikt, waardoor de lijn een stukje korter wordt. Herhaal deze stappen tot de hond naast je staat.
Dit alles vereist oefening, kracht, doorzettingsvermogen en énige welwillendheid van je hond!
En een dosis geluk, want een lantaarnpaal of enig ander obstakel kan het hele proces doen falen.
Vermakelijk, zolang niemand in gevaar is! Want als het mis gaat, is controle over de situatie ver te zoeken!
We rijden de camping af met de auto en moeten daarvoor een onoverzichtelijke bocht nemen. Het is altijd weer een verrassing wat er aan tegenliggers komt.
Als bijrijder zit ik wat uit het raam te staren.
“Stop!!!” schreeuw ik en gelukkig reageert Y metéén! We staan stil en 30 centimeter voor het rechtervoorwiel staat een Teckel blij te kwispelen aan z’n flexilijn. Het duurt even voordat het baasje de bocht om komt, de situatie overziet en gelijk een halve hartverzakking krijgt!!
Hoewel ik de neiging heb om vreselijk tegen dat mens tekeer te gaan (reactie op míjn hartverzakking) ben ik blij dat we teckelmans niet uit het bandenprofiel hoeven te pulken…
Toch fijn, zo’n flexilijn…
Jeanette
5 pings